08 maart 2007

Wouter van Rijn in Leiden

Wouter in Noteboomtoernooi Leiden


In het weekend van 16 t/m 18 februari werd het 67e Daniël Noteboomtoernooi gehouden.
Bijna 300 deelnemers verdeeld over 2 groepen kwamen op het toernooi af.
Het was mijn 3e optreden, waarvan de 1e al heel lang geleden is (1992 of zo).
Ik logeerde dit toernooi bij Dennis Ruijgrok die de 1e ronde slecht begon. Ik won de 1 e ronde met moeite van dhr. P. Tromp met een elorating van 1942. Dennis verloor de 1e ronde van een Belgisch talent, S. Soors, 2055. Daarna won Dennis 4 maal op rij en kon hij de laatste ronde voor een dikke geldprijs gaan. Helaas eindigde die partij remise, waardoor hij nog wel iets verdiend had, maar niet echt de moeite waard.
Ik zelf mocht de 2e ronde tegen niemand minder dan (mijn Duitse team/clubgenoot) Friso Nijboer aantreden. Ik gooide 2 met mijn dobbelstenen, iets wat mij wel vaker overkomt de laatste tijd. Theo Juriejens ;-) kan daarover meepraten!
Tegen hem gooide ik in ons bekerduel, dat 4 rapidpartijen besloeg, 2x 2 achter elkaar. Wat is in hemelsnaam de kans daarop????? Volgens mij is dat gewoon 1/36 * 1/36, dus 1 op de 1296. Als ik het fout heb, hoor ik het graag, maar in elk geval een heeeeele kleine kans. Na die partij heb ik nog een keer een gewoon getal geworpen (1e ronde van dit toernooi) alvorens dus weer 2 tegen Friso te gooien….. 3 van de 4 keer dus…..reken maar uit . Maar goed: de partij tegen Nijboer begon dus met 1c3, waardoor ik me dus ook verplicht voelde om op zet 5 nog eens een keer f3! te spelen.
Voor wie nog wat partijen wil zien van dat toernooi, kijk even op de site http://lsg-leiden.nl/noteboom/2007/stand2007.html.
Friso offerde, naar mijn mening gedwongen, een pion waar hij veel compensatie voor kreeg. In tijdnood zag ik het allemaal niet zo snel meer en nog voor de tijdcontrole staakte ik de strijd.
De 3e ronde kreeg ik, zoals bijna het hele toernooi, weer iemand van 1900 tegen me. Ook deze tegenstander was erg taai en ik offerde een kwaliteit voor vage kansen, maar zoals zo vaak niet gerechtvaardigd en verantwoord. Omdat ik me gedwongen voel om van zo iemand te winnen sloeg ik zijn remiseaanbod af (op het moment dat ik net de kwaliteit geofferd had) en hoopte dat hij nog een fout zou maken. Die kwam er niet en hij wikkelde af naar een eindspel met nog steeds een kwaliteit (tegen een pion) meer. Nu was ik degene was die blij mocht zijn met remise. Vreemd genoeg nam hij mijn remiseaanbod aan, omdat hij geen zin had om het nog uren te proberen. Dat had ik dan weer wel gedaan als ik hem was…..
Goed, 1,5/3 dus en nu wilde ik alles winnen om nog een beetje een toernooi te hebben. Maar het ging gelijk in ronde 4 al mis; ik verloor van iemand met 1930, die goed speelde. Ik overzag in goede stelling een fraaie tegenzet van hem, waarna ik toch ‘ineens’ problemen bleek te hebben. In verloren stelling probeerde ik het nog in tijdnood, maar met nog 2 seconden op de klok haalde hij de 40 zetten.
Beetje overdreven om het tot 2 seconden te laten komen, want het was wel erg makkelijk. Maar dat vond ik ook van mijn laatste KNSB-wedstrijd waarin ik verloren kwam te staan, zonder ook maar enige vorm van tegenspel. Daar verstijfde mijn tegenstander en bleef maar denken. Op zet 32! gaf hij op, omdat hij zag dat hij het op tijd niet meer zou redden. Jammer, want ik had nog een spectaculair (en uiteraard incorrect) dameoffer willen plegen om vervolgens keihard VLAG! te roepen .
Ronde 5 was tegen Leo Kranenburg (1981). Ook dit was een taaie tegenstander waar ik het niet makkelijk tegen had. Ik gooide weer slecht, waardoor ik gedwongen was om 1…a6 te spelen. 2…b5 is dan een logisch vervolg. Ik moest lang nadenken om mijn stelling bij elkaar te houden en toen dat lukte kon ik aan uitbreiden denken.
Mijn tegenstander ging al snel de fout in en dubbele aanval ‘stap 2A’ kostte hem een stuk en gelijk de partij. De laatste ronde was tegen Kim Meulenbroek (2040), een jongen die ik nog van het jeugdschaak ken. Deze partij duurde tot de laatste minuut en was moeilijk tot het einde. Ik dacht expres lang na, zodat de toeschouwers niet alleen de spanning van de klok voelden, maar ik hen ook de gelegenheid gaf om mee te rekenen of het eindspel net wel of niet gewonnen was. Voorafgaande aan dit tijdnoodspektakel had ik weer een dubieus kwaliteitsoffer gepland. Dit natuurlijk als gevolg van de frustratie die ik had, omdat hij zo taai was, dat ik er niet door heen kon komen. Ik vraag me nu nog steeds af wat ik had moeten doen als hij het offer niet had aangenomen…..
Ik eindigde (als u goed geteld heeft, hoef ik het niet te zeggen) met 3,5/6 en scoorde een tpr die iets onder mijn rating ligt, maar niet dramatisch is. Partijen vond ik niet de moeite waard, er zaten gewoon niet echt leuke, vermeldenswaardige partijen bij.
Tot slot nog even vermelden dat mijn clubgenoten Koert van Bemmel en Sjoerd van Roosmalen ook meededen. Zij haalden beiden 3/6.

2 opmerkingen:

Anoniem zei

Mooi verslag Wouter!

Wallie666 zei

He wouter prima verslag, en misschien wordt het tijd voor een cursus dobbelen voor dummies ;-)