15 december 2008

De Goede Dingen des Levens

In de aan alle kanten braakliggende binnenstad van Tilburg wachtte ons, na HSC Helmond, de tweede koploper die onttroond moest worden: Stukkenjagers 2.
Deze Stukkenjagers bleken een bijzonder fraai clubhuis te hebben in café-restaurant De Kerktuin, naast de imposante Heuvelse Kerk in het centrum van de stad. Een bordje bij de deur waarop ‘Leerbedrijf’ stond deed vermoeden dat we hier met een SM-tent van doen hadden, maar niets bleek minder waar. Of wel natuurlijk, het is maar hoe je het bekijkt.
De speelruimte op de eerste verdieping van wat waarschijnlijk ooit een soort pakhuis voor levensmiddelen was, is omzoomd met een groot aantal ruiten die zorgden voor licht en voor uitzicht op de levendige stad. De muren zijn van oude bakstenen, de vloer van donker, doorleefd hout. Boven diverse deuren hangen bordjes met ‘Grutterswaren’, etc. Achter de speelzaal is een tussenruimte waar jassen met mobieltje opgehangen konden worden, en daar weer achter bevindt zich, een stukje lager, een ruime kamer met oude schilderijen aan de muur en een zitje met verweerde lederen fauteuils. Deze kamer heeft honderden jaren dienst gedaan als rookruimte, maar in onze tijd van gristelijke betutteling heeft het die functie verloren. Het is immers gezonder om met lange-afstandsraketten duizenden mensen in Irak te vermoorden en ons land voller en voller te plempen met vervuilend blik, dan om met een sigaret iemands longen wat schade toe te brengen.
Een andere herinnering aan gelukkiger tijden stond achter de (die dag ongebruikte) bar in een zijruimte: een koelkast met meerdere eminente biersoorten. De aanwezigheid in dezelfde ruimte van het eerbiedwaardige DD, met spelers als Jan-Joost Lindner, Arie Werksma, Ronald Dickhoff, Henk Happel en, ja, John van der Wiel!, voegde nog een vleugje extra klasse toe aan het geheel. Dit was schaken zoals het hoort te zijn; een culturele bezigheid temidden van de goede dingen des levens.

De oplettende lezer merkt dat ik het verslag van de wedstrijd zelf zo lang mogelijk aan het uitstellen ben. We zullen daar nu even snel doorheen gaan.
Aan verschillende borden vielen al na korte tijd spelen zorgelijke ontwikkelingen op te merken. Sander raakte met zwart in een Pirc zijn rokade kwijt en dan is een dame op g7 nogal creepy. Schrijver dezes liet zich in de opening met een standaardtruc een pion ontfutselen. Toen ik schielijk om me heen keek ontmoette ik van mijn teamgenoten de normale, enigszins glazige blikken. Boel heeft een pion geofferd voor vage compensatie – so what else is new? Rustig verder spelen was dus het parool.
Ook de bestrijdingswijze van het Frans waarmee Eelco al de nodige successen had behaald, stuitte op gevat aanvalsspel van Peter Huibers, die zijn zaakjes, op zijn Yge Vissers, goed voorbereid leek te hebben.
Zoals dat dan gaat vielen de eerste klappen elders. De geplaagde Remco had met zwart een prettige stelling opgebouwd. We laten onze man zelf aan het woord: “Na een voorbarige actie van wit in het centrum kon ik kiezen uit drie voortzettingen: twee leidden slechts tot remise, dus ik koos de derde, die er goed uitzag. Totdat mijn tegenstander antwoordde met het simpele Pd5, waarna ik een stuk verloor en direct kon opgeven.”

Volgde een bizarre overwinning van Otto. Deze had na een wat tamme opening ook al een pion ingeboet, maar aardig tegenspel ontwikkeld. Ondanks de afwezigheid van de dames (die zaten aan de middenborden bij Stukkenjagers I) bevatte de stelling vele grappen. Toen tegenstander Erik Dignum een cruciale keuze moest maken stond ik bij het bord te kijken, terwijl Otto wat meer afstand had genomen. Dignum reikte met zijn hand naar zijn koning om 22…Kc7 te spelen, terwijl 22…g6 nog heel onduidelijk was. Dignum trok zijn hand weer terug, ik keek naar Otto die een meter of tien verderop onder een enorme spiegel stond te kijken… hij grinnikte. Terwijl zijn tegenstander de verliezende zet toch NIET leek te gaan spelen! Maar even later gebeurde het onbegrijpelijke: Dignum deed alsnog 22…Kc7, waarna Otto het gedecideerd uitmaakte. Zijn eerste seizoenspunt. Maar een keerpunt was het niet.

Mijn tegenstander Fré Hoogendoorn had wat stukken afgeruild, doch durfde het niet aan om kort te rokeren. En dat had hij wel moeten doen, want in de post mortem bleek mijn compensatie na die zet nogal discutabel. In plaats daarvan offerde de aimabele Fré zelf twee pionnen voor een sterke aanval. Ik pakte er één – twee was me te gortig. Na 16.De5 kwam ik een tikje beter te staan, maar met ongelijke lopers zat er totaal geen muziek meer in de stelling.
Hoogendoorn, die niet zoveel tijd meer had, bood nu remise aan. Onze teamleider Richard stond gedrukt en was diep aan het nadenken, dus maakte ik zelf eens een rondje langs de borden. Dat zag er niet zo hoopvol uit: Eelco en Sander waren met de moed der wanhoop aan het keepen, Leon stond erg mooi maar had nog maar weinig tijd, bij Wouter was de stelling nog ondoorzichtig. Ik speelde dus door, maar enkele nivellerende zetten van Hoogendoorn deden me al gauw in het onvermijdelijke berusten: remise.
Sander laat zich nooit zomaar van het bord zetten en hij bleef geconcentreerd vechten. Toen het er voor de onzen slechter begon uit te zien plaatste Sander een welgemikt remiseaanbod, dat in dank werd aangenomen.

Niet lang daarna vielen de volgende klappen. Leon stuitte tegen de snel spelende Jiri Obels ook op taai weerwerk en ging in tijdnood jammerlijk in de fout: stukverlies en weer een 3-2 achterstand voor ASV.
We kwamen nog eens terug via een knappe zege van Wouter op de geduchte Cesar Becx. Deze zette de partij via zijn lievelingsopeningszet 1.f4 ambitieus op en rokeerde lang, om met g4-g5 Wouter te gaan kietelen. Deze counterde met een uitgekiende centrumactie, maar de partij raakte even later in een impasse. Zoals zo vaak bleek Wouter de handigste in de tijdnoodfase die volgde. Cesar liet een zwarte loper op d4 en een paard op e4 toe, en dat combineert lekker met een gat op c3. Even later was het 3-3. Wouter later in het eetcafé: “Kan ik hier ook een Cesar’s Salad bestellen?” En uw verslaggever: “Maar die heb je toch al op?”

De laatste klap was een daalder waard. Richard had zich in moeilijke stelling manmoedig verdedigd, maar ditmaal faalde onze clubkampioen in de tijdnoodfase en beging hij een paar inaccuratesses, iets wat hij de laatste tijd vaker heeft meegemaakt… Karel Storm deed zijn naam eer aan met zijn koningsvleugelpionnen en liep Richard onder de voet.
Op dat moment voelde Eelco, die nog steeds wat minder stond, zich moreel verplicht om een remiseaanbod van Huibers af te slaan. Hulde voor zoveel moed! Helaas werd ze niet beloond; zijn pogingen om te forceren sneuvelden in grof geweld en dat betekende een 5-3 nederlaag.

In het eerdergenoemde Tilburgse eetcafé ‘Polly Maggoo’, waar het verdacht sterk naar pek en veren rook, werd deze derde nederlaag in veel drank gedompeld. Daarbij passeerden enkele statistieken de revue. Sinds we aan onze inmiddels roemruchte teambesprekingen zijn begonnen is het bergafwaarts gegaan. Sander, die bij deze samenkomsten altijd schittert door afwezigheid, is onze topscorer met de éclatante score van 2½ uit 4. Voor de derde ronde kon ik niet en in die ronde won ik. Donderdag was Otto afwezig met een enorme ***smoes (nog gefeliciteerd met je verjaardag Otto!) en hij won.
Maar zoals u weet, eerder behaalde successen bieden geen garantie voor de toekomst en statistieken zijn voor boekhouders en Johan Hutten.
In de vijfde ronde moet Overschie Overknie.


Stukkenjagers 2 - ASV 5 - 3
Peter Huibers (2122)-Eelco de Vries (2226)1 - 0
Mart Nabuurs (2085)-Sander Berkhout(2160)½ - ½
Jiri Obels (2008)-Léon v Tol (2204)1 - 0
Cesar Becx (2189)-Wouter v Rijn (2171)0 - 1
Erik Dignum (2024)-Otto Wilgenhof (2198)0 - 1
Ruud Feelders (2011)-Remco de Leeuw (2155)1 - 0
Fré Hoogendoorn(2024)-Peter Boel (2045)½ - ½
Karel Storm (2060)-Richard vd Wel (2029)1 - 0

Peter Boel

Geen opmerkingen: